Het onderbeen bestaat uit twee botstukken: het scheenbeen en kuitbeen. De onderzijde van deze botstukken vormen met het eerste voetbot het bovenste spronggewricht. Het andere botstuk vormt samen met het hielbeen het onderste spronggewricht. Het onderste en bovenste spronggewricht noemen we de enkel. Aan de buitenzijde daarvan zitten drie banden – aan de binnenzijde bevindt zich één grote band. Enkelbanden zorgen voor stabiliteit van de enkel. Onder de voet bevindt zich een dikke peesplaat die de voet stabiel maakt bij het staan en lopen.
De voet is een complex een veel belast lichaamsonderdeel waar bijna iedereen wel eens last van heeft. Klachten kunnen te maken hebben met ouderdom, stand, belasting, beroep of sport. Vrouwen hebben eerder voetklachten door het dragen van nauwe schoenen en hoge hakken. Blessures van de enkel ontstaan meestal na een verzwikking of verstuiking van de enkel waarbij de enkelbanden en/of het kraakbeen wordt beschadigd.
Neem contact op Afspraak maken